C24 in Dili: Marokko verdedigt de historische en juridische legitimiteit van zijn soevereiniteit over de Sahara

Ter gelegenheid van het regionale seminar van het Speciale Dekolonisatiecomité van de Verenigde Naties (C24), dat van 21 tot en met 23 mei werd georganiseerd in Dili, de hoofdstad van Oost-Timor, bevestigde de ambassadeur en permanente vertegenwoordiger van het Koninkrijk Marokko bij de VN, Omar Hilale, de onbetwiste legitimiteit van de Marokkaanse soevereiniteit over de Sahara, gebaseerd op de geschiedenis, het recht en de vrijelijk uitgedrukte wil van haar inwoners.

"De Sahara is Marokkaans door geschiedenis, recht en de vrije meningsuiting van haar bevolking. Het is tijd dat de andere partijen hiermee instemmen en zich daadwerkelijk inzetten voor een toekomst van vrede, stabiliteit en regionale harmonie", verklaarde de diplomaat tijdens deze VN-bijeenkomst.

Gezien de aanhoudende pogingen tot obstructie, wees de heer Hilale erop dat Algerije rechtstreeks verantwoordelijk is voor de stagnatie van het politieke proces dat onder auspiciën van de Veiligheidsraad op gang is gebracht. "Ondanks de inzet van Marokko en de voortdurende inspanningen van de Verenigde Naties, wordt het proces nog steeds belemmerd door de vertragende tactieken van Algerije, dat blijft beweren buiten het conflict te staan, terwijl het de rol van dirigent op zich neemt", zo oordeelde hij.

De ambassadeur herinnerde eraan dat Algerije de gewapende separatistische groepering bekend als "polisario" herbergt, bewapent, financiert en diplomatiek verdedigt. Daarmee consolideert het land een vijandige houding die elk vooruitzicht op een vreedzame oplossing ondermijnt.

In dit verband verwees de heer Hilale naar een duidelijke verschuiving binnen de internationale gemeenschap, die, in zijn woorden, "een besluit lijkt te hebben genomen", verwijzend naar het toenemende aantal intrekkingen van de erkenning van de fictieve entiteit en de steun die door meer dan 116 staten is uitgesproken voor het Marokkaanse autonomievoorstel. In dit verband noemde hij de opening van consulaten-generaal in Laayoune en Dakhla door een dertigtal landen, een concrete erkenning van de soevereiniteit van Marokko over de zuidelijke provincies.

Hij bekritiseerde de vaste en achterhaalde interpretatie die binnen de C24 nog steeds de boventoon voert en riep op tot een serieuze heroverweging van de kwestie: "Deze vraag kan niet langer worden begrepen door het prisma van verouderde ideologische software. In de loop der decennia heeft ze een diepgaande transformatie ondergaan die in elk verantwoord denken moet worden geïntegreerd."

De heer Hilale herinnerde eraan dat Marokko, toen het zich bij de Verenigde Naties aansloot, legitieme stappen heeft ondernomen bij de Vierde Commissie en de C24 om zijn Sahara terug te krijgen. Hij verwees naar de onderhandelingen die in november 1975 leidden tot het Akkoord van Madrid, dat door de Algemene Vergadering werd goedgekeurd in resolutie 3458B.

Hij benadrukte dat de kwestie, die aanvankelijk verband hield met dekolonisatie, door de kunstmatige oprichting van de "polisario"-groep door Algerije van een andere koers werd gewezen, waardoor de kwestie verschoof naar een kwestie van vrede en veiligheid. Deze kwestie staat nu op de agenda van de Veiligheidsraad onder Hoofdstuk VI van het Handvest van de Verenigde Naties.

De ambassadeur drong erop aan dat de Veiligheidsraad de optie van het referendum definitief zou opgeven. In het rapport van de secretaris-generaal van 17 februari 2000 (S/2000/131) werd deze optie als niet-toepasbaar beschreven. Sindsdien zijn alle door de Raad aangenomen resoluties gericht op een realistische, duurzame politieke oplossing op basis van wederzijdse overeenstemming.

In deze geest werd het autonomievoorstel dat het koninkrijk in 2007 presenteerde, door de Veiligheidsraad verwelkomd als "serieus en geloofwaardig". Het voorziet in het toekennen van substantiële voorrechten aan lokale bevolkingen binnen het kader van de nationale soevereiniteit en territoriale integriteit.

"Dit innovatieve en verantwoorde voorstel vormt de enige geloofwaardige basis voor een duurzame regeling in overeenstemming met het internationaal recht", aldus de heer Hilale, die de toewijding van het koninkrijk aan een eerlijke politieke oplossing en de openheid voor elke oprechte wens voor vrede benadrukte.

Hij waarschuwde echter dat deze toezegging niet eenzijdig of eindeloos kon worden voortgezet: "De sleutel tot vooruitgang ligt in Algiers, zoals de voormalige persoonlijk gezant van de secretaris-generaal, wijlen Peter Van Walsum, in 2008 verklaarde."

De Marokkaanse delegatie staat onder leiding van Omar Hilale en de Marokkaanse ambassadeur in Jakarta, Redouane Houssaini. Ze bestaat uit verschillende hoge ambtenaren van het ministerie van Buitenlandse Zaken, Afrikaanse Samenwerking en Marokkanen in het buitenland, alsmede een vertegenwoordiger van de Koninklijke Adviesraad voor Saharaanse Zaken (CORCAS).

Ook twee gekozen functionarissen uit de zuidelijke provincies, Ghalla Bahiya (regio Dakhla-Oued Eddahab) en M’hamed Abba (regio Laâyoune-Sakia El Hamra), nemen deel aan het seminar. Zij zijn uitgenodigd door de voorzitter van het comité, zoals inmiddels gebruikelijk is.